dinsdag 18 maart 2014

Feuilleton, aflevering 5: Zwijgende ooggetuige

Door co-auteur: ©Sabrina Diana 
Ze zag de grond op haar af komen. Ze gilde hard. De wind waaide door haar lange haren.  Even kneep ze haar ogen dicht. Toen ze haar ogen weer opende kon ze zien dat de grond niet meer ver weg was. Ze kon de groeven tussen de tegels zien. Het kon niet lang meer duren voordat ze de grond zou raken. 

Ze gilde, terwijl ze in haar bed overeind schoot. Haar ogen wijd geopend. Ze ademde zwaar en voelde het zweet over haar hoofd liep. “Het was maar een droom” hijgde ze. Ze kneep haar ogen dicht en haalde diep adem. Dit was al de zoveelste keer dat ze een nachtmerrie had. Ze stond op de hoge toren aan de rand van het Lieve Vrouwekerkhof. Ze had geen idee hoe ze daar was gekomen en ook geen idee wat er gebeurde, maar de droom eindigde altijd hetzelfde. Op de één of andere manier viel ze van de toren af.

De nachtmerries waren een week geleden begonnen. Een paar uur nadat het vreselijke ongeluk had plaats gevonden. De vrouw die van de Onze Lieve Vrouwetoren was gesprongen. Ze was op het nieuws, het internet stond er vol mee en je kon geen krant open slaan zonder dat er iets over de vrouw in stond. Het onderzoek was in volle gang, de politie had er zijn handen vol aan. De identiteit van de vrouw was nog steeds onbekend. En niemand leek haar te missen. Ze begreep niet hoe dat mogelijk was. Hoe kon je nou niet iemand missen. Er was toch altijd wel iemand die je zou missen?

Zij had de vrouw wel herkent. Ze kwam altijd op dezelfde dagen in Coffee Corazon, bestelde altijd hetzelfde en ging altijd rond dezelfde tijd weg. Ze zei nooit veel, maar glimlachte wel altijd vriendelijk als ze de vrouw haar bestelling bracht. De laatste keer dat ze de vrouw had gezien was anders en ze hadden zelfs een praatje gemaakt.

Ze kneep haar ogen dicht en kwam er al snel achter dat dit geen goed idee was. Ze zag de vrouw in haar rode broek van de toren af stappen en naar beneden vallen. Voordat de vrouw de grond raakte opende ze haar ogen. Ze had alles zien gebeuren, maar kon er met niemand over praten.
Ze had die middag onderaan de toren gestaan. Nog geen paar meter bij haar vandaan was de vrouw op de grond terecht gekomen. Er was zo veel bloed. Ze was snel weggerend. Gelukkig had niemand haar gezien. Ze had helemaal niet op het plein mogen zijn. Waarom moest ze ook zo nodig spijbelen?
Haar ouders zouden haar vermoorden als ze er achter kwamen dat ze weer gespijbeld had… Ze zou huisarrest krijgen, haar telefoon en laptop zouden waarschijnlijk afgepakt worden en ze kon het schoolfeest wel vergeten.

Sinds die dag had ze niet meer gespijbeld. Iedere ochtend reed ze op haar scooter naar school. De weg die zij reed leidde altijd langs het politiebureau. Ze reed nu al een week lang met een zwaar gevoel in haar maag langs het politiebureau.

Toen ze later die ochtend op haar scooter op weg was naar school stopte ze voor het politiebureau. Ze keek op naar het gebouw en twijfelde. Wat moest ze doen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten